Een op de vier leerkrachten haakt al tijdens de eerste jaren op de werkvloer af. Dat komt onder andere door de reality shock waarmee beginnende leerkrachten te maken krijgen op het moment dat ze alleen voor de klas staan. Een groot probleem, zeker omdat Vlaanderen kampt met een lerarentekort. UGent-studenten die de educatieve master volgen onderzochten hoe je beginnende leerkrachten aan boord kunt houden.
September is een spannende maand. Niet alleen voor kinderen, maar ook voor leerkrachten. Zeker als ze voor het eerst alleen voor een klas staan. De overgang van de opleiding naar het werkveld blijkt groot. Die reality shock, gecombineerd met een te hoge werkdruk en de onzekere arbeidssituatie, zorgt ervoor dat 20 tot 30% van de nieuwe leerkrachten er al in de eerste jaren de brui aan geeft.
Leerkrachten in spe onderzoeken wat beter moet
Een aantal UGent-studenten van de educatieve masteropleiding, zelf leerkracht in spe dus, onderzochten die vroegtijdige uitstroom in hun masterproef. Hoe kunnen scholen de reality shock verkleinen, zodat beginnende leerkrachten minder uitvallen? Ze bevroegen beginnende leerkrachten via vragenlijsten en fousgroepen. Meer dan de helft gaf aan al eens overwogen te hebben om te stoppen.
Onder leiding van prof. dr. Haerens, prof. dr. De Cocker, prof. dr. Vanderlinde en dr. Laura Thomas onderzochten de studenten niet enkel hoe nieuwe leerkrachten hun werk ervaren, maar ook wat nodig is om ze aan boord te houden. Dankzij de resultaten van hun onderzoek kwamen ze tot vijf concrete tips.
1. Organiseer een apart ontvangstmoment voor beginnende leerkrachten
Nieuwe leerkrachten moeten hun nieuwe werkomgeving leren kennen. Op hun eerste schooldag hebben ze de algemene regels en waarden van de school nog niet in de vingers, hebben ze onvoldoende inzicht in hoe de school haar administratie organiseert, en moeten ze vaak nog uitzoeken hoe de elektronische leeromgeving werkt. Scholen kunnen dit opvangen met een apart ontvangstmoment: directieleden en ervaren leerkrachten lichten het reilen en zeilen van de school toe. Zo leren beginnende leerkrachten elkaar én de school beter kennen nog voor het schooljaar van start gaat. Het neemt heel wat stress tijdens de eerste schooldagen weg.
2. Spreek nieuwe collega’s spontaan aan zodat ze zich welkom voelen
Leerkrachten nemen een vlottere start als ze zich welkom voelen. Een goede communicatie is daarbij erg belangrijk. Het helpt als collega’s en directeurs beginnende leerkrachten spontaan aanspreken Een van de leerkrachten in het onderzoek van de studenten verwoordde het zo: “Nu spreekt de directeur mij aan in de gang en vraagt hij hoe het met mij gaat. Dan ben ik direct tevreden, want ik voel me deel van de school en geapprecieerd. Dat doet wel veel, want dan kom ik ook graag naar school om te werken.”
3. Zorg voor begeleiding, zowel formeel als informeel
Uit onderzoek blijkt dat leerkrachten met een netwerk van ondersteunende leerkrachten minder snel van job veranderen. Regelmatige overlegmomenten kunnen daarbij helpen. Denk maar aan een officieel overleg met de vakgroep of een gesprek met de mentor, al doet een babbeltje in de leraarskamer tijdens een springuur evenveel wonderen. Om informele overlegmomenten te stimuleren, plannen scholen het beste gezamenlijke springuren in bij collega’s van dezelfde vakgroep. Een goede mentor kan een groot verschil betekenen: daarom is het belangrijk dat scholen hun mentoren voldoende opleiden.
4. Help leerkrachten met de examens en oudercontacten
Over bepaalde taken, vooral zaken die buiten het concrete lesgeven vallen, voelen beginnende leerkrachten zich erg onzeker. Het doet hen twijfelen aan de job. Zeker als ze al meteen klastitularis zijn. Wat houdt dat extra mandaat precies in? Het is beter als ze eerst co-titularis zijn, en zo langzaamaan de knepen van het vak kunnen leren, onder begeleiding van een ervaren leerkracht. Andere taken waarover onzekerheid bestaat, en waarvoor extra begeleiding gewenst is: examens opstellen en afnemen, oudercontacten organiseren en zich voorbereiden op een vakgroepvergadering.
5. Geef sneller en meer feedback
De meeste scholen organiseren feedbackgesprekken pas aan het einde van het schooljaar. Beginnende leerkrachten willen (terecht) vroeger weten of ze wel goed bezig zijn. Ook hier kan een mentor die op geregelde tijdstippen feedbackgesprekken organiseert ondersteuning bieden. Maar dat hangt erg af van leerkracht tot leerkracht: voor sommigen is hulp en ondersteuning via informele contacten voldoende. Bespreek daarom de noden van de beginnende leerkrachten aan het begin van het schooljaar, en houd dat als leidraad van de begeleiding.
Het antwoord op oplopend lerarentekort?
Het lerarentekort is een grote uitdaging in het onderwijs. Dat aanpakken is voor professor Ruben Vanderlinde dan ook de prioriteit. “Een deel van de oplossing zit in kwaliteitsvolle lerarenopleidingen, zoals de educatieve master van de UGent, die het diploma van leerkracht opwaardeert.”
Lees ook
Hoe een leerstoel scholieren helpt bij het kiezen van de juiste studierichting
In het secundair onderwijs veranderen elk jaar 18.000 leerlingen van studierichting na een verkeerde keuze. Wat als we kinderen en jongeren kunnen helpen een betere studiekeuze te maken?
Gentse tool kan 100 miljoen kinderen wereldwijd helpen om te leren coderen
Elk kind aan het coderen krijgen, dat is de gedeelde missie van enkele UGent-onderzoekers en het leerplatform FTRPRF. Samen ontwikkelden ze met de steun van VLAIO een digitale co-teacher voor de populaire programmeertaal Scratch.
De educatieve master: perfect voor wie voor de klas wil staan (ook als je al een bachelor volgt)
Als je een job in het onderwijs overweegt, dan is een educatieve master sowieso iets voor jou. Je hoeft geen ‘extra’ opleiding te volgen om leerkracht te worden, het gebeurt allemaal tijdens je masteropleiding. Ook wanneer je droomt van een ander soort job waarin je vormingen of trainingen geeft, kom je er aan je trekken.
Hoe vrijetijdsproject Dodona uitgroeide tot hét platform om te leren programmeren
Wat computerlessen zijn geweest voor de huidige dertigers en twintigers, is programmeren voor de jongere generaties. Het wordt even standaard in hun curriculum als taal en wiskunde. Alleen is de weg ernaartoe nog wat hobbelig. Dodona, het project van Peter Dawyndt en Bart Mesuere, kan mee het pad effenen.