Wat is de rol van communicatie in wetenschappelijk onderzoek? Essentieel, volgens professor Iain Stewart. Geoloog, maar vooral ook wetenschapscommunicator met onder andere talloze reeksen voor de BBC op de teller. “Het is meer dan informeren. Ik wil mensen ook raken.”
Sinds 2002 is professor Iain Stewart naast wetenschapper ook schermgezicht. Met zijn reeksen op de BBC wil hij het grote publiek bereiken over klimaatveranderingen en natuurrampen. Voor zijn verdienste op vlak van wetenschapspopularisering ontvangt hij een eredoctoraat van de UGent.
“Hij is dé koploper in het overbrengen van kennis naar het brede publiek op een hoog wetenschappelijk niveau. Daar verdient hij een eredoctoraat voor,” vindt decaan Marc Van Meirvenne, de promotor van het eredoctoraat.
Professor Stewart, u staat gekend als expert in de wetenschapscommunicatie. Hoe bent u daar zo goed in geworden?
Iain Stewart: “Dat is onmiddellijk een moeilijke vraag (lacht). Ik haat mijn vroegere werk. Als ik de eerste series die ik gemaakt heb voor de BBC herbekijk, gruwel ik. Ik loop als een gek rond, ik roep en gooi mijn handen om een of andere reden de hele tijd in de lucht. Ik was net begonnen, de televisiemakers zeiden dat niet veel mensen wisten wat ik deed. Als ik hen warm wou maken voor geologie, dan moest ik heel enthousiast zijn op het scherm. Tijdens mijn derde seizoen besefte ik dat het meer naturel mocht. Ik voelde dat ik mezelf niet was. Ondertussen heb ik die stijl wel gevonden, maar het was een heuse zoektocht.”
Hebt u voorbeelden, mensen naar wie u opkijkt?
Iain Stewart: “Zeker. Sir David Attenborough bijvoorbeeld, die 25 jaar geleden ook een eredoctoraat kreeg van de UGent. Hij is een legende in het vak, waar ik veel van heb geleerd.”
U wil het grote publiek bereiken met uw series over wetenschappelijke onderwerpen. Is informeren het grootste doel?
Iain Stewart: “Ik denk dat het meer is dan informeren. Ik wil mensen ook raken, hen laten connecteren met bepaalde onderwerpen. Als het gaat over klimaatverandering bijvoorbeeld, ga je pas engagement tonen als je er echt om geeft. En dat kan pas eens je een gepassioneerd expert gehoord hebt over het onderwerp. Daar draait het in onze communicatie volgens mij om: geven om iets. Nadien kan je informeren.”
Decaan Van Meirvenne, bent u het daarmee eens?
Marc Van Meirvenne: “Absoluut. Mensen die goed ingelicht zijn, maken betere beslissingen. Kijk bijvoorbeeld naar de tsunami van 2004 in Thailand. Voor die dag wist bijna niemand wat de term ‘tsunami’ betekende. Men wist bijvoorbeeld niet dat de zee, net voor de grote golf komt, zich zo ver terugtrekt dat je zelfs vissen kan zien liggen op het strand. Mensen gingen toen het strand op om te kijken. Nu weten we dat je maar beter hogere oorden opzoekt als je zoiets ziet. Als je beter geïnformeerd bent, maak je betere keuzes.”
Maar op een populaire manier communiceren is niet in alle academische kringen even goed aanvaard, professor Stewart?
Iain Stewart: “Dat klopt. Hoewel het nu meer geaccepteerd is dan vroeger, wordt er toch nog steeds wat op neergekeken. We zijn er nog niet. Want hoe combineer je dat: een goede academicus zijn en toch op een toegankelijke manier communiceren? Die balans is moeilijk te vinden, maar ik ben ervan overtuigd dat dat zal komen. Want onderzoek waar niet over gecommuniceerd wordt buiten de academische wereld, is niet heel bruikbaar. Bijvoorbeeld als het gaat over klimaatverandering hebben we bruikbare informatie nodig, die we kunnen vertalen naar zinvolle acties. Kennis binnen de academische wereld houden, helpt de samenleving op dit moment niet verder. Wetenschapscommunicatie zal nog belangrijker worden in de toekomst.”
Marc Van Meirvenne: “Daar ben ik het absoluut mee eens. De laatste jaren was er misschien te veel focus op wetenschappelijke publicaties, met een grote competitiviteit. Dat is nog steeds zo, maar het wordt minder. Universiteiten stimuleren de interactie met het publiek veel meer. Denk maar aan opiniestukken delen, of meer toegankelijke boeken publiceren. Dat is nu meer geaccepteerd. Vroeger moest je dat maar in je vrije tijd doen, voor de fun.”
Tijdens de coronacrisis kwamen er meer wetenschappers dan ooit op tv. Is dat een goede zaak?
Iain Stewart: “Ik denk het wel, of dat zou toch moeten. Maar het is een dunne lijn, want wetenschappers zijn zowel de goeden als de slechten. In de race naar het vaccin zijn wetenschappers goed. Als het gaat over mogelijke versoepelingen van de coronamaatregelen, worden wetenschappers boemannen. Toch denk ik dat het goed is dat wetenschappers nu meer aan bod komen. Zowel voor het publiek als voor die wetenschappers zelf. Het publiek leert nu meer hoe wetenschap werkt en wetenschappers beseffen nu nog meer het belang van duidelijke en consistente communicatie.”
Marc Van Meirvenne: “Mensen denken vaak dat wetenschappers de absolute kennis hebben, dat zij over alle feiten beschikken. Maar dat beeld klopt niet. In wetenschap moet je kunnen twijfelen. Er zijn verschillende meningen binnen de wetenschap, tot op een zeker punt. Dat is nieuw voor het grote publiek. ‘s Ochtends zegt de ene wetenschapper op de radio iets en ‘s avonds spreekt een andere wetenschapper hem tegen in een praatprogramma. Dat is hoe wetenschap werkt. Je moet verschillende mensen aan bod laten komen.”
Is dat ook hoe de wetenschap moet evolueren: meer multidisciplinair werken?
Iain Stewart: “Ja, zeker als het bijvoorbeeld over klimaatverandering gaat. We weten dat dat een heel ingewikkeld en complex probleem is waarvoor multidisciplinair onderzoek noodzakelijk is. Voor universiteiten is dat niet altijd makkelijk om te monitoren omdat je nu eenmaal in faculteiten en vakgebieden bent onderverdeeld. Ik weet dat de UGent die barrières probeert weg te halen en ik ben heel benieuwd hoe dat in de toekomst zal evolueren. Makkelijk zal dat niet zijn.”
De UGent trekt sinds kort de Europese ‘universiteit’ ENLIGHT, een project samen met acht andere Europese universiteiten. Is zo’n project de toekomst?
Iain Stewart: “Ik denk het wel. Maar je moet bij zulke verregaande projecten opletten dat je wel diepe kennis blijft behouden. Als iedereen plots inter- en transdisciplinair wordt, komt er een soort van oppervlakkige laag van wetenschappers zonder al te veel diepgaande kennis. Er komt een nieuw academisch landschap aan. We moeten opletten dat niet alleen de buitenkant, maar ook de binnenkant er goed uitziet. Dat wordt de uitdaging om grote maatschappelijke thema’s zoals klimaatverandering aan te pakken.”
In een bijzondere, online editie van Dies Natalis bekroonden we 8 uitzonderlijke eredoctoren voor hun wetenschappelijke en maatschappelijke verdiensten. Voor Durf Denken schoven de promotoren en eredoctoren aan tafel voor een (digitaal) gesprek. Lees hier hun verhaal.
Lees ook
Ish Ait Hamou ontvangt eredoctoraat voor zijn unieke verbindende kracht
Voormalig choreograaf en auteur Ish Ait Hamou gaat geen moeilijke thema’s uit de weg. Met zijn verhalen verbindt hij de harten van mensen uit alle hoeken van de samenleving, en creëert hij een platform voor dialoog en begrip. Dankzij die unieke verbindende kracht ontvangt hij een eredoctoraat van de UGent.
Waarom is het zo moeilijk om een aardbeving te voorspellen?
Aardbevingen hebben een verwoestende kracht. Stel je eens voor hoeveel schade en menselijk leed je zou kunnen vermijden als je zo'n aardbeving zou kunnen voorspellen. Dat is precies wat geoloog Katleen Wils onderzoekt. Of dat haalbaar is en hoe ze dat dan zou doen, ontdek je in dit filmpje.
De Belgica & UGent: op koers naar kennis over de wereldzeeën
Met de doop van het nieuwe ultramoderne onderzoeksschip Belgica vorige maand, breekt een nieuw tijdperk aan voor de mariene wetenschappen in ons land. Zeker aan de UGent is de koers van de mariene wetenschappen al jarenlang, ja zelfs al meer dan een eeuw, nauw verweven met die van de onderzoeksschepen.
Piet Hoebeke doorbreekt jarenlang taboes rond gender (en krijgt daar nu erkenning voor)
In het debat over intersekse en genderidentiteit is de nuance vaak ver te zoeken. Piet Hoebeke, uroloog, professor en decaan van de faculteit Geneeskunde en Gezondheidswetenschappen is daarin een welgekomen baken van rust.