Zij kwam hier twee jaar geleden toe, en had meteen een goede band met zowel de stad als de universiteit. Hij woont hier al een jaar of tien en voelt zich hier helemaal thuis. Allebei banen ze zich een weg in academische wereld, die soms wat onzeker kan zijn. Het verhaal van de Guatemalteekse Gretel Mejía Bonifazi en de Poolse Igor Fijalkowski, twee internationale UGent’ers.
Haar allereerste kennismaking met onze stad was meteen onvergetelijk. Toen Gretel voor het eerst aankwam in Gent, kwam ze middenin de laatste Gentse Feesten voor de pandemie terecht. “We waren direct verkocht door de vibe die de stad toen uitstraalde. En het viel ons op hoe open iedereen was.” Ook Igors eerste ervaring zal hem altijd bijblijven: hij werd op zijn allereerste dag hier betoverd door de Graslei. Kan het nog Gentser?
“Het was valavond, en werkelijk magisch om die historische gebouwen zo te zien oplichten”, blikt Igor terug, en terwijl hij het zegt, lijkt hij het moment opnieuw te beleven. “Dat gevoel overvalt me nog steeds als ik er passeer.” Gretel valt hem bij: “Prachtig, hé. Het viel me ook op toen ik tijdens de lockdown door de stad wandelde.”
Collega’s en echte vrienden
Die wandelingen maakte Gretel samen met haar man én met haar collega’s van het Centrum voor Mensenrechten. “Mijn collega’s en ik onderzoeken de schending van mensenrechten in ons thuisland. We zijn met een stuk of acht, en komen uit alle hoeken van de wereld. Gelukkig waren we echt al vrienden voor de lockdown begon en liggen onze appartementen dicht bij elkaar in het centrum van Gent.”
“Dat moet toch niet makkelijk geweest zijn, zo in een appartement”, reageert Igor. “Het was inderdaad een moeilijke periode, om eerlijk te zijn,” knikt Gretel. Igor: “Wij wonen gelukkig vlak bij een natuurgebied, in een huis met een tuin. Dat maakte het wel draaglijk.”
Gemis van Rommelaere
Igor en zijn vrouw streken tien jaar geleden al neer in Gent. “Mijn vrouw en ik hebben samen gestudeerd in Polen. Toen had zij een doctoraatsbeurs te pakken in Gent en ik in Antwerpen. Nu werken we hier allebei.” Igor is postdoctoraal onderzoeker in het labo voor microbiologie, sinds kort in de Ledeganckstraat. “Vroeger zaten we op campus Rommelaere. Een prachtig gebouw. Ik mis de locatie soms wel. Maar in de Ledeganck is de infrastructuur veel beter. Ik doe er onderzoek naar de erfelijkheid van ziektes.”
“Zo interessant!”, vindt Gretel. “Een totaal ander onderzoeksveld dan dat van mij.” Zij studeerde rechten in Guatemala City, werkte er een tijdje als advocaat, en vertrok toen naar Duitsland om zich te specialiseren in mensenrechten. Toen ze zag dat de UGent een doctoraat uitschreef die haar twee passies combineert, twijfelde ze geen seconde.
“Mijn man was gelukkig direct razend enthousiast: hij kende Gent al een beetje en vond het een leuke stad. Vanzelfsprekend was dat niet: we hadden al een leven opgebouwd in Duitsland. Nu moesten we helemaal opnieuw beginnen.”
Onzekerheid als academicus
“Ja, herkenbaar”, pikt Igor in. “Bij koppels in de academische wereld zie je heel vaak dat één iemand de andere volgt. Het leven als academicus is best onzeker: vaak hang je af van tijdelijke contracten. Als je dan nog eens allebei in de academische wereld werkt, is dat helemaal onzeker. Ze noemen dat het double body problem. Mijn vrouw en ik hebben al best geworsteld met die onzekerheid.”
“Dat probleem hebben wij minder”, zegt Gretel. “Als ingenieur kan mijn man overal ter wereld werken. Toch was het inderdaad best onzeker. Uiteindelijk was het toch een gok, zeker als immigrant. We wisten natuurlijk helemaal niet of ze ons hier wel met open armen zouden ontvangen. Dat is uiteindelijk helemaal goed gekomen: mijn man werkt in een start-up in Brussel. Al weten we natuurlijk nog niet waar we belanden als mijn doctoraat afgerond is.”
Dat weet Igor wel: hij maakte een tijdje geleden de beslissing om zich in Gent te nestelen. Of dat nu als academicus is of niet. “De onzekerheid is bijna achter de rug. Mijn vrouw heeft een vast contract aan het VIB en ik weet snel of ik een beurs krijg als professor. Maar ik ben me ervan bewust dat de competitie erg groot is. Als dat me niet lukt, zoek ik werk in de biotechnologie. Sowieso blijven we in Gent: we hebben hier intussen twee kindjes en het is onze bedoeling ze hier op te voeden. Sinds kort zijn we trouwens officieel Belg!”
Igor Fijalkowski is postdoctoraal onderzoeker aan het laboratorium voor Microbiologie (faculteit Wetenschappen)Hij vindt de gebouwen op campus Rommelaere zo magisch als Zweinstein.
Gretel Mejía Bonifazi is doctoraatsstudent aan het Human Rights Centre (faculteit Recht en Criminologie). Gretel is de enige Guatemalteekse UGent’er en woont gevaarlijk dicht bij de chocoladebar Mayana in de Sint-Pietersnieuwstraat.
Lees ook
Judith of niet? Deze UGent’ers gingen op zoek naar de eerste gravin van Vlaanderen
Het Verhaal van Vlaanderen wist het zeker: in de doos die net opgediept was uit het erfgoeddepot van de Stad Gent zaten de overblijfselen van de enige echte Judith, de oermoeder van de graven van Vlaanderen. Maar was dat wel zo?
Van onderzoek naar impact: hoe technologietransfer aan de UGent werkt
De UGent trekt niet alleen onderzoekers en studenten aan, ook bedrijven nestelen zich graag in de nabijheid van de universiteit. Excellent onderzoek, knowhow en hoogopgeleiden vormen de ideale voedingsbodem voor innovatie.
“Ongehinderd door jargon zotte ideeën bedenken voor een beter Gent”
“Kennis is één ding. Maar we blijven soms te lang in deze fase hangen”, zegt onderzoeker Bas Baccarne (onderzoeksgroep imec-MICT-UGent, in De Krook). Hij verkiest de shortcut van ‘denken’ naar ‘doen’. Het liefst samen met veel stakeholders. En het allerliefst in de stimulerende omgeving van ‘Comon’.
De Gentse hellingen: een haat-liefdeverhouding
Iedereen die in Gent studeert, weet het: de universiteitsstad is allesbehalve vlak. Of het nu de eindeloze Sint-Kwintensberg of de berg aan de Vooruit is: je hebt er ongetwijfeld al op gevloekt, terwijl je kuiten in brand staan. En zelfs jaren na de laatste pedaalslag blijven bepaalde herinneringen aan de hellingen kleven.