Diabetes heeft misschien niet meteen het label van ernstige ziekte, toch is de impact ervan niet te onderschatten. Om het leven van patiënten te verbeteren, richtten professor Bruno Lapauw en professor Guy T’Sjoen het Fonds Diabetesonderzoek op. Het was een testament dat hen de nodige middelen gaf om dat te doen.
Christiane Bastin bijvoorbeeld, ondervindt al een jaar of twintig de impact van diabetes op haar leven. Al twee keer brak ze een heup. Zomaar, zo leek het wel. De eerste keer stapte ze al te haastig uit haar auto, de tweede keer zakte ze domweg door haar knie. Elke keer leek de breuk wel heel zwaar in vergelijking met het voorval. En dat had alles met haar diabetes te maken.
"Het is geen klassiek symptoom van diabetes, maar we zien wel degelijk meer osteoporose of verlaagde botdichtheid bij diabetespatiënten. Zij hebben meer botbreuken zonder groot trauma. Maar wat de oorzaak precies is: daarover weten we nog te weinig”, vertelt professor Bruno Lapauw, endocrinoloog en professor aan de faculteit Geneeskunde en Gezondheidswetenschappen.
Testament opent nieuwe mogelijkheden
Dankzij het Fonds Diabetesonderzoek kan Bruno de link tussen diabetes en osteoporose verder uitspitten. Een stap die ze konden zetten dankzij een testament. “De testator koos ervoor om verschillende onderzoeken aan de UGent te steunen: naar parkinson, alzheimer, kanker en dus ook diabetes”, verduidelijkt Bruno.
Het fonds moet de behandeling van diabetes helpen verbeteren en daarmee de impact van de ziekte op het leven van patiënten beperken. “Mensen staan er niet bij stil, maar de ziekte kan iemands leven op zijn kop zetten”, zegt Bruno.
Dat bevestigt Veerle Cnudde, professor van de faculteit Wetenschappen en zelf ook diabetespatiënt. Veerle: “Alles wat je doet, beïnvloedt je suikergehalte: stress, wat je eet… Ik laat niet toe dat het me beperkt in wat ik doe, maar het is wel iets waar je continu mee bezig bent.” Ook de vraag welke invloed haar ziekte op lange termijn heeft, sluimert voortdurend in haar achterhoofd. “Daar ben ik continu mee bezig”, bekent ze.
Veerle is lid van het beheerscomité van het Fonds Diabetesonderzoek. Ze is ook onderzoeksdirecteur van de faculteit Wetenschappen en een van de coördinatoren van de UGent Core facility UGCT - een multidisciplinair centrum voor X-stralen Tomografie, waar onderzoekers terechtkunnen voor niet-destructieve 3D-beeldvorming. Ze weet dan ook als geen ander hoe belangrijk extra financiering is voor wetenschappelijk onderzoek. Veerle: “Ik stel me altijd de vraag: hoe kan dit onderzoek het leven van een patiënt verbeteren? Ik denk niet alleen als onderzoeker, maar ook als patiënt: ik leef al dertig jaar met de ziekte.”
Verbeterde levenskwaliteit dankzij wetenschappelijke vooruitgang
Veerle ondervond aan den lijve hoe wetenschappelijke vooruitgang haar leven vergemakkelijkte. “Vroeger moest ik een aantal keer per dag insuline spuiten, mijn leven plande ik errond. Eten kon alleen op strikte tijdstippen. Zeventien jaar geleden kreeg ik voor het eerst een insulinepomp: dan kon het al wat losser. En ook die technologie ging er telkens op vooruit: sinds vorig jaar krijg ik automatisch insuline als mijn bloedsuiker te hoog is. Mijn levenscomfort is sindsdien enorm gestegen.”
Onderzoek naar bijwerkingen diabetes
Met het fonds zijn er middelen voor nieuwe onderzoekspistes, vooral naar de bijwerkingen. Die zijn namelijk niet min: diabetes kan leiden tot ernstige complicaties zoals hart- en vaatziekten, blindheid, nierproblemen of voetamputatie. En de ziekte verhoogt dus ook de kans op botbreuken, zoals bij Christiane.
Om botten zoals die van haar te bestuderen, nam Bruno doctoraatsstudent en arts-specialist in opleiding Steven Van Offel onder de arm. “Dankzij het fonds konden we hem als het ware munitie geven om zijn onderzoek te beginnen. Dat was anders nooit mogelijk geweest. Giften en testamenten maken innovatief of nieuw onderzoek haalbaar, en zeker in het geval van jonge wetenschappers.”
Steven bevestigt: “Mijn werkingsmiddelen financier ik grotendeels met het Fonds Diabetesonderzoek. Als ik van de chirurgie een botbiopsie krijg, moet ik dat verwerken tot kleinere stalen zodat ik ze microscopisch kan onderzoeken. Daar heb ik een boor voor nodig en microscopische ct-scans: dat kost allemaal veel geld.”
In een eerste fase bestudeert Steven of een stoornis van de kleine bloedvaten verantwoordelijk is voor de broze botten. “Die zorgen vaak voor complicaties ter hoogte van het netvlies, de nieren - en dus wellicht ook in het bot. Maar dat weten we dus nog niet zeker.”
Hoe dan ook: alle onderzoekslijnen hebben één zelfde doel: de problematiek beter begrijpen. “En dat is dan weer essentieel om de ziekte beter te kunnen behandelen. We zijn de testator die dit mee mogelijk maakte dan ook erg dankbaar”, besluit Bruno.
Lees ook
Hoe kleine zebravissen de wetenschap vooruithelpen
Met 15.000 zijn ze, de zebravissen in de Core Zebrafish Facility Ghent op de site van UZ Gent. Ze worden er in de beste omstandigheden gekoesterd en verzorgd als proefdier door de onderzoekers van het Centrum Medische Genetica.
UGent en spelers in de kinderopvang slaan de handen in elkaar voor een betere kinderopvang
De komende vier jaar loopt er via de Leerstoel Kinderopvang een onderzoek aan de UGent naar de pedagogische kwaliteit van de kinderopvang in Vlaanderen. Het onderzoek komt er door een unieke samenwerking van belangrijke private en publieke spelers in de kinderopvang.
“Studenten geneeskunde oefenen op levensechte modellen dankzij testament van huisarts”
Hoe voelt een vergrote prostaat aan? Of een knobbeltje in de borst? En hoe leg je een urinesonde aan? Dankzij de nalatenschap van een huisarts kunnen studenten geneeskunde ook zonder echte patiënten hun vaardigheden oefenen in een gloednieuw zelfleerstation.
Hoe het testament van een huisarts studenten geneeskunde helpt
Guy De Cloedt, UGent-alumnus en voormalig huisarts in Gent, overleed twee jaar geleden onverwacht aan een infectie. Met zijn nalatenschap werd een fonds opgericht dat het skillslab van de faculteit Geneeskunde en Gezondheidswetenschappen ondersteunt. Dokters in spe kunnen zo hun medische vaardigheden beter oefenen.