De meeste studenten aan de UGent zijn vrouwen. Maar wereldwijd blijft de academische wereld hogerop de ladder gedomineerd door mannen. Het glazen plafond is dus nog heel aanwezig, maar vertoont meer en meer barsten. Welke obstakels moeten we aanpakken om gelijke kansen voor iedereen te creëren? Vier vrouwen gaan erover in gesprek: vicerector Mieke Van Herreweghe, decaan Gita Deneckere (faculteit Letteren en Wijsbegeerte), professor Lieve Van Hoof (vakgroep Geschiedenis) en UGent eredoctor Dame Mary Beard, professor in de klassieke talen aan de Universiteit van Cambridge.
De Universiteit Gent werd opgericht in 1817, maar het duurde tot 1882 voor de eerste vrouwelijke student zich inschreef: Sidonie Verhelst. Een uitmuntende studente, en toch verliet ze de universiteit al na twee jaar. Natuurwetenschapper Emma Leclercq was de eerste vrouw die aan de UGent afstudeerde, in 1885. Daarna duurde het nog bijna 100 jaar, tot 1993, voordat de gendergelijkheid binnen de studentenpopulatie werd bereikt, met vandaag een overwegend vrouwelijke populatie van 58%.
Tijden veranderen
Dat brengt ons bij de vraag: domineren mannen nog altijd de wetenschappelijke wereld? Het antwoord rond de tafel klinkt unaniem: een overtuigde ‘ja’. Maar betekent dat ook dat we de moed voor onze dochters dan zomaar moeten opgeven? Absoluut niet, ook daar zijn ze het over eens.
Vicerector Mieke Van Herreweghe: "Er is gelukkig één en ander aan het veranderen. Niet alleen als we het hebben over wetenschappers of onderzoekers. Ook de mannelijke bias in wetenschappelijk onderzoek evolueert. De huidige tentoonstelling over de fallus in het Gents Universiteitsmuseum (GUM) is het perfecte voorbeeld: het toont aan hoe de mannelijke fallus al eeuwenlang onderzocht wordt, terwijl de vrouwelijke geslachtsdelen pas de laatste eeuw aandacht krijgen van wetenschappers."
Heuse revolutie
Als we naar de evolutie van de studentenpopulatie kijken, maakte Mary Beard een heuse revolutie mee: "Toen ik studeerde in de late jaren zeventig was één op de tien studenten een vrouw, vandaag is dat bijna de helft. Een drastische verandering op 50 jaar tijd dus. De evolutie onder de professoren verloopt minder snel. In mijn vakgroep zijn er maar acht of negen vrouwen, tegenover 24 mannen. De evolutie bij de studenten heeft dan wel invloed op het professoraat, maar niet genoeg. Hoe hogerop de ladder je gaat, hoe groter de kloof wordt."
Toch is die scheefgroei aan het veranderen, vindt Mary Beard. "In Cambridge zien we de laatste vijf jaar een toename van vrouwen als junior professoren. Over de hele universiteit nemen ze bijna de helft van de posities in."
Verander het carrièremodel
Het genderstereotype dat vrouwen minder ambitieus een academische carrière nastreven dan mannen kan de vuilnisbak in. Maar hoe komt het dat vrouwen aan de top zo zeldzaam zijn? Mieke Van Herreweghe is stellig: "Al jaren is er een probleem met de promotie van vrouwen. In elke fase van de academische loopbaan vallen vrouwen af. Dat noemen we de 'leaky pipeline' en dat is een van de redenen waarom we ons loopbaanmodel voor academici hebben omgevormd tot een zeer inclusief systeem. Een systeem dat het 'lekken' eindelijk stopt." Nederlandse universiteiten lieten zich al inspireren door het Gentse model.
De criteria voor promotie verruimen helpt inderdaad, voegt Mary Beard toe. "Vrouwelijke docenten nemen binnen de academische wereld vaker taken op zich die niet bijdragen tot het krijgen van een promotie. In Cambridge hebben we geprobeerd de criteria voor promotie te herschrijven. Zo zijn die activiteiten, waar vroeger nooit rekening mee werd gehouden, nu wel criteria om te promoveren. We hopen dat het de zaken zal veranderen."
Vrouwen overtuigen vrouwen
De Universiteit Gent pakt dit probleem aan met structurele veranderingen in de organisatie, zoals quota voor besturen en commissies, zoals de selectiecommissies. Mieke Van Herreweghe: "Maximaal twee derde van een commissie mag hetzelfde geslacht hebben. Op die manier is minstens een derde lid van het minderheidsgeslacht– meestal het vrouwelijke. Uit onderzoek blijkt dat een minderheid minimaal een derde van de groep moet uitmaken om zich niet uitgesloten te voelen en standpunten uit te brengen. Gita Deneckere legt uit: "Als decaan en voorzitter van al die commissies zie ik dat het een verschil kan maken. Leden van selectiecommissies hebben de neiging de voorkeur te geven aan kandidaten met wie ze zich kunnen identificeren. Daarom moeten selectiecommissies divers zijn. Samen met de veranderingen in ons promotiesysteem zien we de laatste jaren een aanzienlijke toename van vrouwelijke docenten en hoogleraren."
Mary Beard is het daarmee eens: "Ik zit in elke verdomde commissie (lacht) omdat ik zie dat het de volgende generatie echt helpt."
Gita Deneckere: "Als je als enige vrouw in een commissie zit, ga je je daardoor niet als 'een van de jongens' gedragen?" Mary Beard (lacht): "Dat heb ik mezelf ook afgevraagd. Als je binnen een overwegend mannelijke organisatie succesvol bent en een besluitvormende positie bereikt, ben je dan gewoon een man? Ik geloof van niet. Ik deel niet alle vooroordelen van mijn mannelijke collega's. Of de manier waarop ze woorden gebruiken. Als ze zeggen dat een vrouw 'nogal ambitieus' lijkt, dan zien ze dat als iets negatief, maar als een man 'ambitieus' is, is het een heel ander verhaal! Ik heb mijn steentje bijgedragen door hen daarop te wijzen. Ik denk dus dat je ook kunt helpen als je een beetje in een 'vent' verandert, als in: zekerder worden om van je te laten horen."
Laat je stem horen!
Lieve Van Hoof: "Ik denk dat het vrouwen meer dan mannen overkomt dat er niet naar hen geluisterd wordt. Het is daarom belangrijk voor vrouwen in leidinggevende functies om een sfeer te creëren die iedereen aanmoedigt om zich uit te spreken. Een van de sleutelmomenten in mijn carrière was toen onze voormalige vrouwelijke rector tijdens een vergadering plots naar mijn mening vroeg. “Lieve, wat denk jij daarvan”? Door me rechtstreeks aan te spreken, haalde ze me over de drempel. Sindsdien ben ik niet meer gestopt (lacht)."
Mary Beard: "Heel herkenbaar. Ik heb ook 20 jaar lang niet gesproken, wat nu moeilijk te geloven is (lacht). Als je inbreng wordt genegeerd omdat je een vrouw bent, frustreert je dat tot het punt dat je niet meer solliciteert voor een promotie of een loonsverhoging. En dat is een probleem."
Het belang van rolmodellen
Er is grote eensgezindheid rond de tafel over rolmodellen als sleutel tot verandering van een systeem dat al tientallen jaren bestaat. Gita Deneckere: "Het is moeilijk om van persoonlijke keuzes te spreken in dit langzaam veranderende systeem. Ik denk dat je door andere vrouwelijke collega's aangemoedigd moet worden om de academische wereld in te gaan. Of door mannelijke collega's, waarom niet. Toen ik student was, waren er geen vrouwelijke professoren, dus ik had geen rolmodel in de vakgroep Geschiedenis." Lieve Van Hoof is het daarmee eens: "Het is cruciaal dat mensen hogerop je potentieel zien, ook als je iemand bent die zichzelf niet graag adverteert. Persoonlijk ben ik heel dankbaar voor de vrouwelijke én mannelijke professoren die me gesteund hebben."
Mieke Van Herreweghe: "Dankzij ons inclusiever loopbaanmodel ben ik optimistisch dat bijna alle vrouwen in de ‘tenure track’ hoogleraar of uiteindelijk gewoon hoogleraar worden." Of decaan? Volgend academiejaar zijn vijf van de elf decanen aan de UGent vrouwen. Hebben we het keerpunt bereikt om het evenwicht te verschuiven?
Gita Deneckere: "Toen ik in 2017 het boek over 200 jaar Universiteit Gent schreef, viel me op dat er in al die tijd maar vijf vrouwelijke decanen waren geweest. Dat motiveerde mij als feministe om me kandidaat te stellen voor de functie. Ik had niet eens de ambitie om decaan te worden (lacht), maar ik wilde dat mannenmilieu veranderen. Ik werd in 2018 gekozen, samen met twee andere vrouwelijke decanen. Onze aanstelling maakte een einde aan een periode van 18 jaar zonder vrouwelijke decanen."
Grensoverschrijdend gedrag, een nieuw narratief
Als je vier vrouwen in de academische wereld interviewt over het vrouw-zijn in de academische wereld, kan je niet om het onderwerp van grensoverschrijdend gedrag heen. Het afgelopen jaar is de academische wereld in België - net als in het Verenigd Koninkrijk – diep geschokt door incidenten van grensoverschrijdend gedrag. Twintig jaar geleden zouden deze incidenten niet meer dan een opgehaalde schouder hebben veroorzaakt. Vandaag aanvaarden we dit niet langer als samenleving.
Wat is er veranderd? Gita Deneckere: "De #MeToo-beweging heeft een heel sterke impact gehad, omdat ze het probleem op grote schaal heeft blootgelegd bij een wereldwijd publiek. Ik zie gelijkenissen met de strijd voor abortus in de jaren 60, toen bekende vrouwen naar buiten kwamen met hun abortusverhalen. Dankzij #MeToo weten we hoeveel vrouwen met grensoverschrijdend gedrag te maken krijgen, en dat nam een deel van de schaamte om erover te praten weg. Het heeft slachtoffers aangemoedigd om zich uit te spreken en hun stem te vinden."
Mieke Van Herreweghe: "De vrouwelijke stem is algemeen meer aanwezig: er zijn meer vrouwelijke leiders in de maatschappij, zoals er meer vrouwelijke professoren zijn aan de universiteit. Ik denk dat dat ook een verschil maakt." Mieke erkent de uitdagingen in de academische context. "Als doctoraatsstudent ben je heel erg afhankelijk van je promotor om je te steunen in je academische carrière. Als er in die precaire relatie iets misgaat, bevind je je als doctoraatsstudent in een uiterst kwetsbare positie. De basis van ons academisch loopbaanmodel is echter vertrouwen: we vertrouwen onze collega's, we vertrouwen onze professoren, ... We koesteren dat vertrouwen, dus proberen we nu het juiste evenwicht te vinden in hoe om te gaan met gevallen van grensoverschrijdend gedrag. Tegelijk willen we vermijden dat er een werkklimaat van wantrouwen ontstaat."
Gita Deneckere voegt toe: "Ik zie een positieve verandering in de manier waarop promotoren zichzelf zien in relatie tot hun doctoraatsstudenten aan het begin van hun carrière. Jongere promotoren hebben een andere aanpak in coaching, met duidelijke beroepscodes."
Mary Beard: "Als er iets fout gaat, moeten we duidelijk zijn over onze acties, in plaats van enkel evenwichten te proberen vinden. Als instellingen dergelijke zaken niet correct afhandelen, veroorzaken ze niet alleen pijn bij het slachtoffer, maar ook bij de collega's."
Hoe zit het met de mannen?
Durven spreken geldt niet alleen voor vrouwen, volgens Mary Beard. Zij werpt een interessant punt op: "We moeten onze blik op de toekomst richten. Laten we ons eens voorstellen – en dit is geheel fictief – dat een mannelijke collega misbruik maakt van zijn macht. Hij is niet de ergste en zijn gedrag zal niet leiden tot strafrechtelijke vervolging. Iedereen weet – nogmaals, het is fictief – dat hij zich niet altijd gedraagt zoals wij willen dat hij zich gedraagt. Zegt iemand iets tegen hem? Zeggen zijn vrienden er iets van? Waarom durft niemand hem ermee te confronteren? Misschien zit hier een genderverschil. Vrouwen praten onderling enorm veel over hun standpunt bij pesterijen. Ik vraag me af: zouden mannen hetzelfde doen onder mannen? Ik weet het niet. En als ze dat doen, zou ik graag een vlieg op de muur zijn. Zou iemand durven zeggen: ‘Hé, stop ermee man’!"
Professor Dame Mary Beard doceert aan de Universiteit van Cambridge en wordt beschouwd als een van 's werelds bekendste classici. In 2021 werd haar een eredoctoraat verleend door de Universiteit Gent. In april 2022 bracht ze een bezoek aan de Universiteit Gent, de aanleiding voor dit interview.
Lees ook
Het Romeinse Rijk als eyeopener en het belang van de oudheid
Is de oudheid bestuderen ouderwets of voorbijgestreefd? Verre van, vindt Dame Mary Beard van Cambridge University. Ze is een van de bekendste classici ter wereld, die erin slaagt wetenschap te populariseren. En intussen ook het debat over actuele thema’s verrijkt. De UGent bekroont die verdiensten met een eredoctoraat.
Lees ook
Erfenis voor meer vrouwelijke wetenschappers
Vrouwen ontwikkelen en ontdekken al eeuwen baanbrekende dingen. Toch krijgen zij daar amper erkenning voor. Dat moet anders, vond een anonieme vrouwelijke wetenschapper. Ze schonk een deel van haar erfenis aan de onderzoeksgroep van professor Frank Verstraete met als doel vernieuwend onderzoek door vrouwen te stimuleren.
De strijd van Marleen Temmerman
De coronacrisis dwingt Marleen Temmerman – gynaecologe, ex-politica, UGent-onderzoekster en -professor – tot creatieve oplossingen in haar werk in Kenia. Dat werk is ook haar levenswerk: de rechten én levens van vrouwen en kinderen verbeteren. Als ze erover vertelt, hoor je vooral veel vechtlust en vertrouwen in een betere toekomst.
Geweld tegen vrouwen met een beperking is onderschat probleem
Geweld tegen vrouwen, zoals seksueel geweld, is wereldwijd een probleem. In Vlaanderen is dat jammer genoeg niet anders. Vrouwen met een beperking blijken bovendien veel vaker slachtoffer te zijn dan we denken. Dat ontdekte postdoctoraal UGent-onderzoeker Tina Goethals.
Linkse vrouwen en competente mannen?
Ondanks een inhaalbeweging scoren vrouwen bij verkiezingen nog steeds minder goed dan mannen. Robin Devroe zoekt uit waarom dat zo is.